woensdag 24 maart 2021

DE SLECHTVALK


De slechtvalk (Falco peregrinus) is al enkele jaren een regelmatige bezoeker van Katwijk. De laatste weken is deze snelle jager weer diverse malen gezien bij en rond de Nieuwe Kerk, zijn favoriete uitkijkplek. Tot tweemaal toe heb ik prooiresten waargenomen op het kerkplein, als ik daar komend vanuit het centrum langs liep. Een keer betrof dit een snipachtige die waarschijnlijk op trek langs de uitkijkpost van de rover was gekomen en na een pijlsnelle achtervolging was geslagen. Een andere keer zag ik een geplukte kokmeeuw liggen.          

De meeuwen in de buurt vliegen paniekerig op als de valk zich in duikvlucht met een doordringende kreet van de trans afstort.

Duivenhouders zien met lede ogen aan dat de slechtvalk steeds breder in Nederland verbreid raakt. Dat was in mijn jeugd wel anders. Deze roofvogel was toen heel zeldzaam.  Slechtvalken pakken af een toe een duif, maar het is niet zo dat ze een voorliefde voor duiven hebben. Het maakte ze niet zo veel uit, als de prooi maar niet al te groot is. De slechtvalken die ik in 2017 aan de Langegracht op de Energiecentrale Leiden fotografeerde hadden een voorkeur voor spreeuwen en halsbandparkieten. Op het hoofdgebouw van de oude gasfabriek bevindt zich een nestkast waarin al tamelijk veel jongen zijn grootgebracht. Zoals te zien is, zijn de vogels geringd.  

  


  Volwassen vogel op ca. 60 m hoogte op een band van de grote schoorsteen.

  


Juveniele vogel bij de nestkast met geslagen halsbandparkiet.

(Foto’s: J. v.d. Marel)

maandag 22 maart 2021

HOTEL-CAFÉ-RESTAURANT "RICHE"

 

De kleine wereld achter een suikerzakje (1)

 

Op zolder kwam ik een oud suikerzakjesalbum tegen en kreeg een idee.

Zo’n suikerzakje is een stille getuige van een voorbijgegane wereld. Als ik nu eens beelden die dit bij mij oproept vastleg, een serie van die zakjes scan en in blog-posts verwerk. Zo gezegd, zo gedaan.

 

 Het suikerzakje van Hotel Riche is tweekleurig. Dat is niet standaard voor de zakjes in de jaren zestig en zeventig, die waren meestal enkel met blauwe of rode inkt bedrukt. Het is duidelijk een wens van de uitbater geweest om de gele steen van het gebouw naar voren te laten komen. Het hotel was een typisch voorbeeld van de architectuur van de naoorlogse wederopbouw, functioneel en met weinig spannende lijnen, maar het was beslist geen revolutiebouw. De bloeitijd van Hotel Riche lag, ruim genomen, tussen 1960 en 1985.

Daarna raakte deze horecagelegenheid in de versukkeling. Modernisering bleef uit en de zestien hotelkamers waren niet meer profijtelijk te exploiteren.

Op vrijdag 16 maart 1990 - het was prachtig mooi weer, om en nabij zeventien graden – waren wij ‘een dagje over’ uit Schagen waar we toen woonden. Gekoesterd door de zon, hebben we die middag nog even gezellig op het terras van Riche vertoefd, niet wetend dat de bestemming van het gebouw spoedig zou veranderen. In augustus van 1990 was het hotel al in gebruik als opvang van asielzoekers. Dit bleef zo tot februari 2003. 

Op een gegeven moment werd het pand gesloten. Het veranderde in een bouwval en werd wel ‘de rotte kies’ van de boulevard genoemd. In 2012 is het vervallen pand, na jaren van gesteggel met de eigenaar, door de gemeente Katwijk aangekocht voor 3,6 miljoen Euro. Een jaar later werd het pand gesloopt en thans (maart 2021) is de openbare verkoop gestart van de grond waarop Riche zich heeft bevonden. 

dinsdag 16 maart 2021

DE AREND

Toen ik een jaar of tien was, las ik niet alleen diverse stripboeken, zoals Kuifje, Suske & Wiske en Lucky Luke, maar ook bladen als Sjors en Robbedoes.  Nu had ik een oom en tante die beslist geen ‘wereldse’ lectuur in huis wilden. Zij hadden twee zoons, de ene iets jonger en de andere een jaartje ouder dan ik, die, net als ik, gek op beeldverhalen waren. Mijn oom had daarom voor mijn neven een abonnement genomen op het christelijke jeugdblad Arend, dat niet alleen strips, maar ook leerzame artikeltjes bevatte. Uiteraard mocht ik van mijn neven de oude Arenden lezen. De belangrijkste strip van Arend was getekend door ene Frank Hampson en ging over Daan Durf, de piloot van de toekomst, die allerlei avonturen beleefde op vreemde planeten. Ik genoot van de strijd die hij voerde met de Gogol en de Orak, een alien en een enorme computer-robot die machthebbers op een van die planeten waren. Op de eerste pagina van de Arend stond onder de titel als onderschrift dat het ‘een jeugdblad met gezonde spanning en avontuur’ was. Het bijvoeglijk naamwoord ‘gezonde’ indiceert dat de inhoud verantwoord en opbouwend is. Je zou kunnen zeggen dat het tijdschrift was bedoeld voor de ‘gezonde Hollandse jongen’, het ideaalbeeld dat je in die tijd veelvuldig kreeg voorgehouden. Bomans heeft eens een erg grappige verhandeling over dit begrip het licht doen zien. Volgens hem werden ‘gezonde Hollandse jongens’ in flinkheid en andere positieve eigenschappen alleen nog overtroffen door ‘jongens van Jan de Witt’.

De Arend verdween in 1966. Het blad ging ten onder in de maalstroom van vernieuwing en voortgaande ontzuiling van de tijdschriftenwereld.


VOGEL VAN DE MAAND

  Pestvogel ( Bombycilla garrulus ) Wat een akelige naam voor zo'n mooie vogel! Dat dacht ik toen ik de vogel voor het eerst zag. In de...