maandag 22 maart 2021

HOTEL-CAFÉ-RESTAURANT "RICHE"

 

De kleine wereld achter een suikerzakje (1)

 

Op zolder kwam ik een oud suikerzakjesalbum tegen en kreeg een idee.

Zo’n suikerzakje is een stille getuige van een voorbijgegane wereld. Als ik nu eens beelden die dit bij mij oproept vastleg, een serie van die zakjes scan en in blog-posts verwerk. Zo gezegd, zo gedaan.

 

 Het suikerzakje van Hotel Riche is tweekleurig. Dat is niet standaard voor de zakjes in de jaren zestig en zeventig, die waren meestal enkel met blauwe of rode inkt bedrukt. Het is duidelijk een wens van de uitbater geweest om de gele steen van het gebouw naar voren te laten komen. Het hotel was een typisch voorbeeld van de architectuur van de naoorlogse wederopbouw, functioneel en met weinig spannende lijnen, maar het was beslist geen revolutiebouw. De bloeitijd van Hotel Riche lag, ruim genomen, tussen 1960 en 1985.

Daarna raakte deze horecagelegenheid in de versukkeling. Modernisering bleef uit en de zestien hotelkamers waren niet meer profijtelijk te exploiteren.

Op vrijdag 16 maart 1990 - het was prachtig mooi weer, om en nabij zeventien graden – waren wij ‘een dagje over’ uit Schagen waar we toen woonden. Gekoesterd door de zon, hebben we die middag nog even gezellig op het terras van Riche vertoefd, niet wetend dat de bestemming van het gebouw spoedig zou veranderen. In augustus van 1990 was het hotel al in gebruik als opvang van asielzoekers. Dit bleef zo tot februari 2003. 

Op een gegeven moment werd het pand gesloten. Het veranderde in een bouwval en werd wel ‘de rotte kies’ van de boulevard genoemd. In 2012 is het vervallen pand, na jaren van gesteggel met de eigenaar, door de gemeente Katwijk aangekocht voor 3,6 miljoen Euro. Een jaar later werd het pand gesloopt en thans (maart 2021) is de openbare verkoop gestart van de grond waarop Riche zich heeft bevonden. 

Ik heb twee herinneringen aan het hotel in zijn glorietijd.

Als twaalfjarige at ik er op Koninginnedag mijn eerste Wiener schnitzel in de achterzaal van het restaurant, die mijn vader had afgehuurd na afloop van het (toen nog) traditionele bedrijfsvoetbaltoernooi. 

In november 1969 hielden mijn wederhelft en ondergetekende er onze bruiloft. Twee weken van tevoren hadden we de regie voor receptie en diner nauwkeurig doorgenomen met de toenmalige eigenaar Jan Deutekom.                                        Het hoofdgerecht van het diner was sole à l’Ostendaise (tong in rolletjes op de wijze van Oostende). De gasten, van wie de meesten toch wel wat waren gewend op het gebied van visgerechten, smulden ervan. Er was nog wel even een vervelend akkefietje, dat zich op de beste bruiloften kan voordoen. De receptie voorafgaand aan het diner heb ik, bruidegom nota bene, daardoor voor een belangrijk deel niet meegemaakt. Mijn hulp werd ingeroepen bij de tafelschikking voor het diner. Mijn vader stond met een dikke stapel kaartjes met namen van de bruiloftsgasten klaar. Door een uiterst zorgvuldig bezettingsschema van de koetsen en koffietafels waren problemen tussen met elkaar gebrouilleerde gasten tot dusverre voorkomen. Nu doemden die problemen, opnieuw, als een repeterende breuk op, en wel in nog grotere omvang. 

Chaos… Pa, de belangrijkste financier van de feestelijke onderneming, had voor het diner ook nog een groot aantal zakenrelaties uitgenodigd, die dusdanig tussen familie en huisvrienden moesten worden gemengd dat ome Arie niet in de buurt van tante Rie of tante Bertha kwam, dat de heer en mevrouw Dijkstra niet naast de kindertafel terecht kwamen, dat de dominee en zijn vrouw een plaats aan de hoofdtafel kregen, dat Opa niet zielig alleen kwam te zitten en dat die keurige mensen uit Zeeland geen overburen kregen die uitsluitend Katwijks dialect spraken. Het plaatsen van de naamkaartjes had het karakter van een ingewikkelde schaakpartij. Nu ik eraan denk, voel ik nog een vleug van de stress van toen bij mij opkomen. Meneer Deutekom kwam, terecht bezorgd, tussendoor informeren of hij het voorgerecht op tijd kon uitserveren. Wonder boven wonder, is dit gelukt. ‘Ik heb geen wanklank gehoord’, zei mijn moeder na afloop tegen ons. De hele commotie rond de tafelschikking was haar volkomen ontgaan. Ze verweet mij wel dat ik mijn vrouw tijdens de receptie te lang alleen had gelaten.   

2 opmerkingen:

  1. Prachtig plaatje, van dat suikerzakje, en opvallend, dat geel.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het boek met de suikerzakjes verzameling - ik keek er vroeger graag in. Heel bijzonder om nu te lezen wat voor herinneringen er aan kleven.

    BeantwoordenVerwijderen

VOGEL VAN DE MAAND

  Pestvogel ( Bombycilla garrulus ) Wat een akelige naam voor zo'n mooie vogel! Dat dacht ik toen ik de vogel voor het eerst zag. In de...